Generatie 4 digitale klok#

IP-adres van sensor instellen op klokken#

  1. Ga naar het hoofdmenu van de digitale klok, navigeer naar het submenu SEN1 en ga verder met invoeren.

  2. Navigeer naar item t1 en stel de waarde in op 2 of 3 (afhankelijk van je sensortype).

  3. Navigeer naar 22 en stel het communicatieprotocol in. Het standaard communicatieprotocol is Modbus. Het is vereist om Auto of Spinel in te stellen.

    Hint

    Als er digitale klokken van generatie 3 communiceren met een ingestelde sensor, dan is het vereist om het Spinel communicatieprotocol te gebruiken. Op deze manier kunnen de G4 en G3 klokken beide communiceren met één LAN temperatuursensor.

  4. Navigeer vervolgens naar item 23 en voer het item in dat leidt naar submenu IP waar het IP-adres van de sensor kan worden ingesteld op digitale klok.

    Hint

    Zie hoofdstuk IP-adres wijzigen over het bekijken en wijzigen van het IP-adres van de sensor.

    Submenu IP#

    Waarde

    Beschrijving

    Bereik

    A

    1e octet IPv4-adres

    0–255, cijfer voor cijfer instellen

    b

    2e octet IPv4-adres

    0–255, cijfer voor cijfer instellen

    C

    3e octet IPv4-adres

    0–255, cijfer voor cijfer instellen

    d

    4e octet IPv4-adres

    0–255, cijfer voor cijfer instellen

  5. Navigeer naar item 24 en stel de waarde in op 0.

  6. Verlaat het menu.

  7. De digitale klok moet binnen 3 minuten de juiste temperatuur weergeven.

Temperatuurcorrectie instellen#

Temperatuursensoren kunnen inherente onnauwkeurigheden hebben of in de loop van de tijd afwijken. Als dit het geval is, kunt u de temperatuurcorrectie op het display instellen door deze procedure te volgen:

  1. Ga naar het hoofdmenu van de digitale klok, navigeer naar het submenu SEN1 en ga verder met invoeren.

  2. Navigeer naar item t2 en voer het item in dat leidt naar submenu cT waar de -d.d wordt weergegeven.

    Submenu cT#

    Waarde

    Bereik

    -d.d

    - = negatieve waarde

    d.d = waarde van correctie ingesteld cijfer voor cijfer, het bereik van elk cijfer is 0–9

    Bereik: -9,9 tot 9,9 °C

  3. Ga naar de bewerkingsmodus van -d.d waarde:

    1. Het eerste cijfer knippert. Je kunt dan de negatieve ( - ) of positieve waarde instellen. Bevestig je keuze en ga naar de volgende waarde d.

    2. Het tweede cijfer knippert. Je kunt dan de numerieke waarde instellen in het bereik 0–9. Bevestig je keuze en ga naar de volgende waarde .d.

    3. Het derde cijfer knippert. Je kunt dan de decimale waarde instellen tussen 0 en 9. Bevestig je keuze om op te slaan en de bewerkingsmodus af te sluiten.

Hint

Als u meer dan 1 temperatuursensor hebt, herhaalt u deze procedure in het menu SEN2 (respectievelijk in SEN3 en SEN4).